Robin Verhelst – 10 jaar dirigent KKFN
Robin Verhelst – 10 jaar dirigent KKFN
Robin Verhelst (34) woont in Diksmuide en mocht onlangs 10 kaarsjes uitblazen als dirigent van de Koninklijke Fanfare Nieuwpoort. Hét moment om de schijnwerper te werpen op zijn muzikale carrière.
Wat betekent muziek voor jou?
Mijn nonkel, Leon Dewijze, speelde 1e trompet in de Koninklijke Fanfare Hoger Op Woumen. Op 7-jarige leeftijd kreeg ik van hem mijn eerste muziekles. Meteen dé bakermat van mijn liefde voor muziek.
Van muziek spelen word ik gewoon gelukkig. Ook als dirigent is het zalig om individuele muzikanten te laten samenklinken tot een harmonieus geheel. En naast het muzikale gaat het ook over vriendschap en vreugde tussen muzikanten.
Welke instrumenten bespeel je zoal?
Mijn hoofdinstrument is de trombone, maar ik ben eigenlijk op bugel en trompet begonnen.
Door het verschil in grootte van het mondstuk, is de combinatie niet echt mogelijk, daarom speel ik nu geen bugel of trompet meer. Wel speel ik ook nog eufonium, een soort koperen blaasinstrument, en daarnaast ook nog slagwerk. Ik heb ook een basisopleiding piano en cello gevolgd, maar daarin zijn mijn muzikale kunsten eerder beperkt.
Hoe kwam je terecht bij de KKFN?
Als jonge snaak van 16 jaar heb ik aantal keer versterkt met mijn trompet bij de KKFN, omdat ik de jeugd kende van de Play-Inconcerten van Fedekam West, de federatie voor amateurblaasmuziek in West-Vlaanderen.
Maar dirigent ben ik geworden via Line Vaneessen, met wie ik toen samen in de harmonie St-Cecilia Keiem speelde.
Wanneer ben je juist dirigent geworden?
Ik volgde, naast trombone, de opleiding orkestdirectie in de School of Ars Gent, bij Wim Belaen en Dirk Brossé. Na die studie ben ik eerst dirigent geworden van de Koninklijke Muziekkring Constant Moreau Veurne, in januari 2013. Toen de dirigent van de KKFN in april 2013 stopte, heb ik vanaf mei 2013 zijn taken overgenomen.
Op welke prestatie ben je het meest trots?
De finale van de Internationale TAPTOE, naar aanleiding van het 140-jarig bestaan van de KKFN in 2022, was zeer memorabel.
Alle aanwezige muziekkorpsen speelden er samen de mars die ik voor dit evenement geschreven had, onder mijn leiding. En ik moet zeggen, je eigen muziekstuk dirigeren voor meer dan 200 muzikanten is heel indrukwekkend en maakt een mens wel heel trots.
Naar welke voorstelling kijk je het meeste uit dit jaar?
Dit jaar kijk ik uiteraard het meest uit naar ons concert op zaterdag 31 augustus Een blik terug, waarin we aan de hand van sketches in een muzikale omlijsting terugblikken op de 10 jaar met mij als dirigent.
Is jouw job als dirigent veranderd over de afgelopen 10 jaar?
10 jaar is best een hele tijd. In zo’n periode zijn er zeker wel een aantal dingen die veranderen. Zo heb ik heel wat muzikanten de revue zien passeren, jongeren en volwassenen die komen maar ook gaan.
Het muzikale niveau heb ik, denk en hoop ik, ook wel naar een hoger niveau kunnen tillen.
Maar in sé is mijn job zelf eigenlijk niet veranderd. Ik blijf instaan voor het kiezen van de stukken (vaak in samenspraak met de muzikanten) en leer hen vervolgens die stukken aan.
Welke plannen heb je nog voor de toekomst van de KKFN?
Voorlopig liggen er geen zotte of ongewone plannen in het verschiet. We blijven alle muzikale plechtigheden in Nieuwpoort zo goed mogelijk verzorgen én verbeteren.
En daarnaast zijn er nog de Nieuwjaarsconcerten, die we samen met de Nieuwpoort Concert Band spelen, en doen we jaarlijks een themaconcert, met al dan niet wat toneel bij.
Welke droom zou je nog graag verwezenlijken als dirigent van de KKFN?
Ik heb het geluk gehad om al heel wat verschillende projecten te kunnen doen met de KKFN. Maar misschien eens een groots concert geven met een bekende zanger of zangeres, dat lijkt me wel heel tof.
Ik ben zelf ook wel grote fan van musicals. Samen met een toneelvereniging eens een musical op poten zetten, dat zou ik ook graag eens willen doen.
Wat zijn de grootste sterktes van de KKFN?
De grootste sterkte van de KKFN is niet alleen de muziek zelf, maar ook de vriendschap tussen de muzikanten. Dat gaat van gezellig een drankje nuttigen na een repetitie of een concert bijwonen tot eens samen een niet-muzikale activiteit doen. Iedereen, jong of oud, heeft een band met elkaar. Dat is mooi.